Colette, Chéri, vertaald door Greetje van den Bergh, Em.Querido’s Uitgeverij B.V, 1982
Léa de Lonval is mooi, tegen de vijftig en een courtisane in goeden doen. Als zij zich realiseert dat de vurigheid waarmee haar jonge minnaar Chéri haar liefheeft afneemt, registreert zij met koele verwondering en met bittere scherpzinnigheid nog eenmaal alle kleine en grote vreugden van een passie die haar laatste zal zijn. Chéri realiseert zich pas als hij getrouwd is met de jonge onervaren Edmee, wat Léa voor hem heeft betekend.
Sidonie Gabrielle Colette werd in 1873 geboren. Zij heeft een lang en zeer gevarieerd leven gehad. Jong getrouwd met de ‘literator’en muziekcriticus Henri Gauthier-Villars voor wie zij als ghostwriter fungeerde, beleefde ze na haar scheiding een stormachtige relatie met de aristocrate Mathilde de Morny, die zelfs deelnam aan de pantomime- en theatervoorstellingen waarmee Colette in haar levensonderhoud moest voorzien. De diplomaat Henri de Jouvenel bracht Colette als zijn echtgenote werkelijk in Frankrijks deftigste kringen. De ongebonden, onconventionele jonge vrouw voelde zich daarin weinig thuis en zelfs een dochter kon het huwelijk tussen de steeds bekender wordende schrijfster-journaliste en de staatsman niet redden. Een financiele ramp betekende deze tweede scheiding niet meer: haar zeer persoonlijke columns en haar romans werden veel gelezen en gunden haar een zekere onafhankelijkhei. De bijna veertig jaar die nu volgden kon Colette zich koesteren in de warmte en sympathie van collega’s en publiek. Zij werd een van Frankrijks meest vooraanstaande schrijvers. Meer dan wie ook heeft zij in haar boeken de kleuren, geuren, het raffinement en de paradoxen van ‘het leven in Frankrijk’ gevangen.
Chéri, dat zij in 1920 publiceerde, heeft veel bijgedragen tot haar ook internationaal snel groeiende bekendheid. Zij beschrijft in deze kleine roman wat haarzelf enige jaren later zou overkomen: de liefde van een vrouw ‘entre deux ages’ en met een verleden voor een nog jonge, onervaren, mooie man. Chéri verlaat de ex-courtisane Lea voor een jong meisje. Maar Maurice Goudeket week niet van Colette’s zijde tot haar dood in 1954.