Noli me tangere
© Michaël Zeeman
uit Verhoudingen / opgenomen in de bloemlezing Je bent mijn liefste woord (Anne Vegter)
Nee, niet mijn voeten zul je binden,
niet mijn handen boeien op mijn rug.
Mijn tred en mijn gebaar, zij vinden
wel hun kloek en argeloos bewegen-
als het water, als de wind,
zo onaandoenlijk en zo ruim,
een dans, ontbloot van elk belang.
Maar raak mijn hoofd niet aan,
zie hoe het zou ontploffen
wanneer jouw vingers zochten
naar het eind van mijn gezicht.
Ik hield een vogel in mijn hand,
als kind, een barstend kloppen
van doodsangst en van levenslust.
Die machteloze vleugels sloegen
mijn armen krachteloos. Ik liet
hem gaan:
hij scheerde door het
open raam en liet mij achter met
zijn angst die als een stroomstoot
door mijn schouders schoot. Bemin
mij voor een avond met jouw ogen,
ontketen mij, bevrijd mij van die
nooit genezen pijn. Dan kan ik
jou op vleugels dragen.