Jan Baeke
uit Groter dan de feiten /opgenomen in de bloemlezing Je bent mijn liefste woord (Anne Vegter)
Als jouw stem uit de telefoon tot hier kan komen, waarom
zou ik jouw handdruk dan niet in mijn bed terug kunnen
vinden of bij het openen van de deur voor wie er aanklopt?
Zoals ik de man, die drie dagen geleden voorbijkwam,
gisteren bij de kerk zag staan.
Auto’s rijden af en aan, met mannen van drie dagen, met
gelijke stemmen, zelfs als er geschoten wordt of weg-
versperringen iedere doorgang verhinderen.
Ze vragen naar je papieren en laten je uren wachten.
Ze geven je een hand als je weggaat, maar het is de jouwe
. niet.
Ik ken het woord niet dat ze me toeschreeuwen, maar het
klinkt alsof er iemand met zijn vuist op tafel slaat en tien-
tallen vuisten slaan op de tafel en houden niet op en het lukt
mij niet om voor zonsopgang in slaap te vallen.
Op de foto is mijn lichaam zichtbaar, één hand naast het
bed, de andere klaar om de deur te openen of een hond aan
. te halen.
Het is vreemd te zien wat foto’s met je doen.