anoniem
“Op het gras langs de rivier
dronken we karnemelk met vliegen,
ik heette Lelie van het Veld.
Ik zag de boten waarop reizigers
wonen, maar riep hen niet – een indiaan
jankt niet om beesten in zijn keel.”
anoniem
“Op het gras langs de rivier
dronken we karnemelk met vliegen,
ik heette Lelie van het Veld.
Ik zag de boten waarop reizigers
wonen, maar riep hen niet – een indiaan
jankt niet om beesten in zijn keel.”